Def P

Def P

‘Hoe kan je nu niks met vrijheid hebben? Vrijheid is de beschutting die een dak je geeft’

Rapper Def P. (1969, Pascal Griffioen, was frontman van de Osdorp Posse, vele hits o.a. ‘Bubbelbad’, ‘Origineel Amsterdams’, is een alleskunner, is grafisch ontwerper, maakte een stripboek, is radiopresentator en columnist) wordt de Amsterdamse Ambassadeur van de Vrijheid 2016:

‘Als ik door Amsterdam wandel, vallen me vaak ‘oorlogsplekken’ op. Amsterdam telt veel gedenkstenen en monumenten die ons subtiel op ons oorlogsverleden wijzen. Ik woonde vlakbij de Noordermarkt, dan moest ik vaak aan de Februaristaking denken, want daar begon op 26 februari 1941 het protest. In Oost liggen veel van die ‘struikelstenen’, Stolpersteine, koperen gedenkstenen in de stoep gemetseld vóór huizen waar in de oorlog hele Joodse families zijn weggevoerd door de nazi’s. Die lees ik altijd even. Dit soort plaatsen in de stad maken mij zeer bewust van wat er is gebeurd.

Ik ben eigenlijk voortdurend indirect bezig met het thema vrijheid, het zit verwerkt in veel nummers van mij, zoals ‘Op de vlucht’ en ‘Beter dan dit’. Ik vind ook dat ik als maatschappijkritische rapper mijn stem moet laten horen. Als ik in Cuba of Vietnam rappers ontmoet, besef ik weer hoe bevoorrecht ik ben: zij kunnen echt niet rappen wat ze denken. Jaren geleden heb ik al een rap gemaakt gemixt met beelden uit de Tweede Wereldoorlog en citaten, soundbites, van concentratiekampoverlevende Bill Minco, ‘Ondergronds verzet’. Ik heb hem toen ontmoet, een aardige, interessante en wijze man. Hij vertelde me dat hij het inmiddels aankon om te spreken over wat hij heeft meegemaakt in de concentratiekampen waarin hij heeft gezeten – Mauthausen, Dachau en Auschwitz – maar hij was niet in staat om te vertellen over de verschrikkelijke treinritten die hij moest ondergaan naar die kampen toe. Laatst nam ik de trein naar Polen, ik zat in een prachtige, luxueuze coupé, en láng dat die rit duurde. Ik moest aan Bill Minco denken, aan hoe hij en al die andere gedeporteerden hutjemutje, opgestapeld in die wagons stonden, in de kou, en dat dagenlang. Dat kun je je bijna niet voorstellen.

De Tweede Wereldoorlog is nu nog het symbool van oorlog, van goed en kwaad, maar als straks de allerlaatste is gestorven die de oorlog heeft meegemaakt, zullen we een nieuw tijdperk ingaan. Onvermijdelijk krijg je dat jonge mensen ‘oorlog’ koppelen aan actualiteiten. Dat is niet erg, wij voelen nu toch ook niks meer bij de Tachtigjarige Oorlog? Voor mij is de kern van 5 mei dat jongeren inzien dat vrijheid niet vanzelfsprekend is. Dat besef wil ik hen meegeven. Hoe kun je nu niks met vrijheid hebben? Vrijheid is de beschutting die een dak je geeft. Als je dat dak niet onderhoudt, gaat het lekken, vallen er gaten in. Je móet dus steeds in de weer zijn met het dak. 5 mei gaat over de bevrijding én over het handhaven daarvan. Als ik op die vreugdevolle dag in Amsterdam optreed, zal ik niet van tevoren een hele speech bedenken, maar een paar statements ga ik zeker wel geven.’